Diabetes maand

Wat is diabetes?

Diabetes (ook wel suikerziekte) is een chronische ziekte waarbij er een insulinetekort optreedt in het lichaam. Insuline is nodig om suiker te kunnen verwerken in de lichaamscellen wat gebruikt wordt voor energiegebruik of om op te slaan voor energiereserves. Wanneer dit proces niet voldoende werkt, blijft er teveel suiker in het bloed aanwezig en komt er niet voldoende in de lichaamscellen. Hierdoor kunnen allerlei klachten ontstaan.

Diabetes bij de hond:

• Welk type diabetes wordt het meest gezien bij de hond?

Type I:

Diabetes type I wordt het vaakst gezien bij honden. Hierbij wordt er te weinig insuline aangemaakt in het lichaam. Oorzaak hiervan is dat het eigen lichaam de insuline producerende cellen afbreekt waardoor zij niet meer kunnen produceren. Hierdoor wordt de insuline niet meer of minder goed opgenomen in het lichaam waardoor het suikergehalte in het bloed stijgt.

Wat zijn risicofactoren voor de hond?

• Leeftijd (suikerziekte komt vaker voor bij honden van middelbare leeftijd en ouder)
• Niet-gesteriliseerde teefjes, dan heeft het hormoon progesteron invloed op het ontstaan van de ziekte.
• Erfelijkheid
• Medicatie: Langdurige toediening van steroïden verhoogt de kans op het ontwikkelen van diabetes.
• Overgewicht
• Ras, bij een aantal rassen bestaat een vergroot risico op suikerziekte;
  • Cocker Spaniël
  • Labrador
  • Teckel
  • Keeshond
  • Dobermann Pincher
  • Toypoedel
  • Golden retriever
  • Alaska malamute
  • Chow Chow
  • Finse spits
  • Dwergschnauzer
  • Old english sheepdog
  • Schipperke
  • West highland white terriër
  • Cavalier king charles spaniël
  • Keeshond

Hoe herken ik een hond met diabetes?

• Veel plassen
• Veel drinken
• Afvallen
• Hoge eetlust
• In een later stadium: braken en sloomheid
• Uiteindelijk kan de hond ook staar krijgen, dit is een waas op de ogen waardoor hij minder goed kan zien.

Wanneer ik mijn hond verdenk van diabetes, wat moet ik dan doen?

Neem contact op met uw dierenarts en maak een afspraak om langs te komen. Door middel van bloedonderzoek kan de dierenarts vaststellen of uw hond diabetes heeft of niet.

Wat is de behandeling wanneer mijn hond diabetes heeft?

Diabetes is een chronische aandoening die niet te genezen is, maar wel goed te behandelen. U zult tweemaal daags om de 12 uur een insuline injectie toe moeten dienen onder de huid direct na de voeding. Deze injectie zorgt er namelijk voor dat de suikers uit het voer worden getransporteerd naar de cellen en worden opgenomen in het lichaam. De hoeveelheid insuline die nodig is, varieert van dier tot dier en moet eerst juist worden afgestemd. Wanneer u er tegenop kijkt uw hond een injectie toe te dienen kan een insulinepen uitkomst bieden. Dit maakt prikken gemakkelijker voor u en minder eng. Voor uitleg hiervan kunt u altijd onze diabetesconsulente Pietsje vragen.

Wanneer u teef nog niet gesteriliseerd is, dan is het advies haar eerst te steriliseren. Dit om hormoonschommelingen te verminderen.

Daarnaast zijn de volgende punten belangrijk om rekening mee te houden wanneer uw hond diabetes heeft:

• Biedt een regelmatig leefpatroon aan van vaste tijden voeren en uitlaten, hierbij is de duur van de wandeling ook belangrijk. Probeer hierin niet teveel te variëren.
• Geef voeding van constante samenstelling en geen tussendoortjes meer gedurende de dag
• Voldoende beweging is belangrijk om uw hond fit te houden.

Daarnaast zal het glucosegehalte periodiek moeten worden getest. De eerste tijd twee keer per week, zodra de hond juist is ingesteld is nog 1x per maand de bloedsuiker controleren voldoende. Mocht uw hond erg gestrest zijn en zijn waarden zijn zeer stabiel dan mag in overleg ook eventueel 1x per kwartaal de controle worden gedaan.

Diabetes bij de kat:

• Welk type diabetes worden het meest gezien bij de kat?

Type II: De meest voorkomende type diabetes bij de kat is type II. Deze ontstaat vaak door een gebrek aan beweging en overgewicht. Hierdoor neemt de gevoeligheid voor insuline af, waardoor de cellen niet op een gegeven moment helemaal niet meer reageren op insuline. Dit wordt ook wel insulineresistentie genoemd. Het gevolg is dat het suikergehalte in het bloed te hoog wordt, wat kan lijden tot klachten. In tegenstelling tot type I is bij tijdige en adequate behandeling de aandoening mogelijk reversibel, dat wil zeggen dat de suikerziekte weer over kan gaan.

• Wat is de oorzaak van diabetes bij de kat?

Diabetes bij de kat wordt dus hoofdzakelijk veroorzaakt door overgewicht, maar kan ook ontstaan door medicijngebruik. Bijvoorbeeld het gebruik van bijnierschorshormonen hebben een tegengestelde werking op insuline. Hierdoor moet de alvleesklier meer insuline aanmaken wat leidt tot uitputting van de insuline producerende cellen. Maar ook ziekten zoals het syndroom van Cushing, waarbij teveel bijnierschorshormoon wordt geproduceerd door het eigen lichaam kan hiervoor zorgen. 

Hoe herken ik een kat met diabetes?

Dezelfde klachten als bij de hond, waaronder:

• Veel drinken
• Veel plassen
• Honger (in eerste instantie)
• Vermageren
• Sloom en braken (later stadium

Wat is de behandeling wanneer mijn kat diabetes heeft?

Wanneer uw kat diabetes heeft, zal de dierenarts aan de hand van het gewicht een begindoses uitrekenen. Uw kat zal twee keer per dag om de 12 uur een onderhuidse insuline injectie na de voeding moeten krijgen om het glucosegehalte in het bloed op peil te houden. Vervolgens zal uw kat twee keer per week op controle moeten komen totdat de glucosespiegel constant en goed is. Wanneer dit juist is ingesteld dan kunnen de controles naar 1x per maand. Bij langere tijd stabiele waarden kunnen de controles eventueel naar 1x per kwartaal wanneer uw dier erg gestrest is bijvoorbeeld of u dit zelf liever heeft. Er is maar één druppel bloed voor nodig om de glucose te controleren. Wanneer de juiste dosis is gevonden, kunt u uw kat zien herstellen. Vaak worden ze weer een stuk levendiger en neemt het vele drinken en plassen af.

Wat is belangrijk om rekening mee te houden wanneer mijn kat diabetes heeft?

Een constante samenstelling van de voeding en dagelijks een zelfde hoeveelheid voedsel is belangrijk om de waarden stabiel te houden. Er zijn katten die gewend zijn om ’s ochtends hun dagelijkse portie in één keer in hun voerbak te krijgen en gedurende de dag kleinere maaltijden te eten. Dit is geen probleem. Wanneer u kat gewend is om voer gelijk op te eten, dan moet de kat vlak voor elke maaltijd een injectie krijgen. Wanneer uw kat niet wil eten, dan mag u slechts een derde deel van de dosis insuline toedienen.

Vragen?

Vraag dan onze diabetesconsulente Pietje. Zij begeleidt nieuwe patiënten bij het begintraject en bestaande trajecten, geeft u graag tips en kan u laten zien hoe u uw huisdier het beste kunt injecteren.